Klaarkomen en ejaculatie


Wat doet de prostaat?

De prostaat ligt juist onder de blaas. De urinebuis begint aan de blaas en loopt dwars door het midden van de prostaat, daarom heeft men bijvoorbeeld vaak problemen met plassen bij een prostaat-ontsteking of een prostaat-vergroting.

De prostaatklier maakt een vloeistof aan die ongeveer 10% van het zaadvocht uitmaakt, en bestemd is om het klonterige sperma in de eerste minuten na ejaculatie beweeglijk en vloeibaar te maken. Na ejaculatie breken de proteïnen in het sperma namelijk snel af en het prostaatvocht zorgt ervoor dat de samenstelling homogener wordt.

Het prostaatvocht is alkalisch, grijs van kleur en heeft een waterig uitzicht. Het beschermt de zaadcellen tijdens en na de natuurlijke afbraak van proteïnen in de minuten na een ejaculatie en regelt dat alle ejaculatievocht keurig wordt gemengd tot een goede, vruchtbare verhouding.

Wat gebeurt er als een man klaarkomt?

Rijpe spermacellen die opgeslagen zitten in de bijbal van elke teelbal kruipen naar de zaadleider en de urineholte die ze vasthoudt en uitzet naarmate het aantal spermacellen stijgt. Terwijl dit sperma zich accumuleert voel je de beginnende sensatie van het gevoel dat je zal klaarkomen. Twee sluitspieren trekken samen : de blaasopening gaat dicht om te verhinderen dat ejaculatievocht verdwijnt in de blaas, en een andere sluitspier sluit zich net onder de prostaat, zodat het sperma gevangen blijft in de holte van de urinebuis.

Een aantal spermacellen kan echter al verder voorwaarts zijn gestuwd door het voorvocht dat al in beweging is, van de blaas weg in de richting van de urinebuis. Daardoor is het mogelijk dat een vrouw zwanger raakt van een man door enkel vaginaal contact met dit voorvocht, zonder dat de man daarbij ejaculeerde.

Terwijl de urineholte alsmaar meer sperma opslaat schakelen alle verwante klieren zeer snel in een hogere versnelling naarmate stilaan een orgasme wordt bereikt. De urinebuis begint zich samen te drukken, wat nog meer sperma naar de urineholte toe laat stromen. De prostaat spant zich op waarbij het zijn vloeistof uitstoot dat zich mengt met de grote hoeveelheid spermavocht dat uit de zaadblaasjes komt en zich voegt bij de honderden miljoenen zaadcellen die zijn opgeslagen in het sperma in de urineholte.

Eens alles is samengekomen is de contractie van de urineholte en de spier rond de eigenlijke penis onmiddellijk. Zo wordt de vloeistof in een snel tempo naar buiten geperst. Omdat dit alles aan een behoorlijke snelheid gebeurt (ongeveer 30km/u) op een oppervlakte die overeenkomt met een handpalm is de contractie niet tegen te houden en is het enige dat een man op dit punt kan: spuiten en klaarkomen.

De eerste shot sperma uit een eerste contractie bevat meer spermatozoïden dan al die daarna. Elke contractie duurt ongeveer 0,8 seconden en telkens vermindert het aandeel aan vruchtbare zaadcellen, en vermeerdert het aandeel aan prostaatvocht en semenaal vocht uit de zaadblaasjes. Uiteindelijk raakt de mix na elke contractie meer in balans, omdat de eerste shot nooit ideaal was samengesteld. Door de proteïne-afbraak die volgt na ejaculatie wordt al dit zaadvocht onder invloed van het prostaatvocht vloeibaarder en wordt dit probleem binnen in de vagina alsnog overkomen.

In een laatste stadium worden de orgasmische contracties zwakker en stoppen ze. Enkele vloeistoffen kunnen nog even uit de urinebuis blijven komen, maar de hersenen scheiden nu een stof af die de prolactine waarden in het bloed sterk naar omhoog brengt. Prolactine is de stof die een erectie doet verslappen en een man in een periode van refractaire onthouding brengt. Tijdens die periode is een man niet in staat om opnieuw een erectie te bekomen of een orgasme te bereiken. Dit duurt enkele minuten tot enkele uren of zelfs dagen en is sterk afhankelijk van de leeftijd van de man.